CCD-beeldsensor
De CCD-beeldsensor is opgebouwd uit pixels. deze pixels registreren een hoeveelheid licht. Dit licht gaat van helder naar donker zonder ergens kleur informatie van de krijgen.
Aangezien de CCD-beeldsensoren 'kleurenblind' zijn, hebben ze een filter op de voorkant van de sensor. Deze filter kan de sensor kleuren laten tonen en die wijst ze dan toe aan elke pixel. Zo registreert en verdeeld het de hoeveelheid licht.
Twee veelgebruikte methoden voor kleurregistratie zijn RGB (rood, groen en blauw) en CMYG (Cyaan, Magenta, geel (Yellow) en Groen). Rood, groen en blauw zijn de primaire kleuren die, gemengd in verschillende combinaties alle kleuren kunnen produceren. De meeste van deze kleuren zijn zichtbaar voor het menselijk oog.
​
Het menselijk oog kan reageren op de CCD sensor. De sensor kan alleen maar de golflengte van rood licht zien. Andere sensors reageren alleen maar op het groene licht en weer andere alleen op het blauwe licht. Op grond van het feit dat het menselijk oog gevoeliger is voor groen licht, beschikt elke CCD sensor over meer groen licht dan rood en blauw licht. Dit houd in dat alle sensors meer groene vlakken heeft dan blauwe of rode vlakken.
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
De drie opgenomen soorten licht worden vervolgens ingedeeld in 256 helderheidniveaus.
Uit deze combinatie van die drie kleurwaarden volgt dat er 256 rood×256 groen×256 blauw dus wel 16,7 miljoen kleuren mogelijkheden zijn.
Dit is voldoende om het gefotografeerde object in echte kleuren weer te geven en om te zetten.
Om de gehele opname op de juiste wijze goed te kunnen voortbrengen zijn ook bepaalde helderheidswaarden nodig.
De CCD filtert deze automatisch uit de drie (gekleurde) golflengten. De chip (kleurfilter)zet deze waarden om in digitale signalen zodat de digitale camera over alle relevante informatie beschikt.
De “Bayer array”, is de meest voorkomende RGB-kleur filter. Het filter maakt afwisselende rijen van rood-groene en groen-blauwe filters, zie figuur 2 (links).​

Figuur 2: CCD-operatie. elk vierkantje is 1 pixel

Figuur 3: Bayer array kleur filter (links) en CMYG kleur filter array (rechts)
Hoe werkt het ?
CCD-sensoren werken door licht om te zetten in een soort van patroon van elektronische ladingen in een chip.
Dit laadpatroon (de pixels zoals hierboven genoemd) wordt hierna gedigitaliseerd en opgeslagen als een afbeeldingsbestand op een SD kaart, of computer.
Wanneer er een foto wordt gemaakt door een digitale camera, gaat er licht door een lens en dit licht valt op de beeldsensor. De beeldsensor bestaat uit allemaal kleine beeldelementen, deze noemen ze ook wel pixels. Deze pixels registreren het aantal licht wat in de beeldcensor valt. Ze zetten de ontvangen hoeveelheid lichtdeeltjes om in hetzelfde gelijke aantal elektronen.
Hoe sterker het licht is, hoe meer elektronen worden gemaakt. De elektronen worden dan omgezet in spanning en daarna moeten ze omgevormd worden tot getallen. Dit omvormen gebeurt door middel van een A/D-converter.
​
​
figuur 4: AD converter
Het signaal dat gevormd wordt in de vorm van getallen, wordt verwerkt door elektronische schakelingen die zich in de camera bevinden. het digitale "bestand" dat uit de A/D converter komt is dan ook genaamd als RAW (het komt er "ruw" uit).
Kort gezegd, het gaat er analoog in en komt er digitaal uit. RAW is ook geen afkorting. het is gewoon een naam voor een ruwe afdruk.
via het submenu kijken we naar RAW en wat deze betekenis inhoud.
